Nadat de boot in het water is gelegd en de riemen in de dollen zitten, ben je klaar om in te stappen. De instructeur zal je uitleggen dat, hoewel de boot erg smal is, zij niet om zal slaan zolang je beide riemen vasthoudt en de handvatten bij elkaar blijven.
Het instappen bestaat uit het in balans houden van de boot, het verplaatsen van je gewicht van het vlot naar de boot en vervolgens het gaan zitten op het zitbankje.
Je ziet dat de roeier met zijn rechterhand beide handvatten vast heeft. Hiermee is de boot stabiel geworden doordat de bladen ver uit het midden op het water steunen. Het bankje wordt achter de voet gereden en de boot iets van het vlot geduwd; de rigger kan zo niet op het vlot gaan rusten als de boot door het gewicht dieper komt te liggen.
Het lichaamsgewicht wordt van de linkervoet staande op het vlot, naar de rechtervoet in de boot verplaatst.
Staat de roeier eenmaal in evenwicht in de boot, dan laat hij zich rustig zakken op het zitbankje.
Zodra je zit sluit je de overslag, zodat de riem niet uit de dol kan schieten. In het begin zal de instructeur de boot als extra veiligheid vasthouden, maar je zult merken dat dit instappen snel went.
Roeiers hebben soms meer moeite met uitstappen. De techniek is weliswaar vergelijkbaar met het instappen, dus met de rechterhand de handvatten beetpakken, de rechtervoet naast je linker knie zetten en, daar komt het, je zelf omhoog duwen. Dit laatste vereist beenkracht. Het goede nieuws is dat van roeien vooral je benen sterker worden, dus gewoon blijven oefenen. Als je eenmaal op het rechtervoet staat kan je je linkervoet op het vlot zetten en je gewicht rustig naar deze voet verplaatsen.