Zeetocht per overnaadse vier "de Tromp"

Op zaterdagmiddag 4 mei 1960 waren er een vijftal herenleden op de Loods bezig. Dit wekte enige bevreemding omdat zij met veel zorg de zo oude overnaadse Vier "Tromp" te water lieten, terwijl allen in het bezit waren van de GIII proef. Met hun stoute plan was echter niemand bekend en ook niemand was zo scherp om hieraan te denken. Om ca. 15.00 uur roeiden de heren weg in de richting Haarlem. Enige uren later werd bekend gemaakt dat er een overnaadse Vier met Spaarne-roeiers bemand bij IJmuiden het zeegat tot koers had gekozen. Direct hierop begaven velen zich in de richting Zandvoort om te trachten iets van deze ploeg te zien. Dat liep echter op niets uit want in geen velden of wegen, beter gezegd golven en dalen was er ook maar iets te bekennen van een giek. Teleurgesteld en tegelijkertijd enigszins angstig dat de bemanning iets overkomen zou zijn druppelde men weer naar huis terug. Het pakte echter veel verrassender uit dan men had gedacht. 's Avonds om ca. 19.30 uur bevonden twee niets vermoedende bestuursleden zich op het terras van een rijke gelegenheid aan de boulevard, waar zij verscholen achter een glas heerlijk koude pils, genoten van een fraaie zonsondergang, toen hun oog op een voor de zee zeer vreemd vaartuig viel. Aan een roeiploeg werd helemaal nog niet gedacht doch men zag evenwijdig aan het strand vijf hoofden die zeer traag en dansend naar het zuiden schoven. Het tafereel was ook door andere ,aanwezigen niet onopgemerkt gebleven en al spoedig kon met behulp van een geleende kijker tot grote verbazing van genoemde leden geconstateerd worden dat er inderdaad een giek op zee was. Nog werd niets vermoed en slechts gegist of het misschien een ploeg van de Stern zou zijn of een studentenploeg die enig opzien wilde baren.
 
De belangstelling was echter zo sterk gewekt dat meteen een nader onderzoek werd ingesteld. Toen daarna een paar ouders van Spaarneleden enthousiast begonnen te schreeuwen en te zwaaien werd het duidelijk dat hier een stoute tocht werd herhaald die in de dertiger jaren al eerder door Spaarneleden was gemaakt. De heren maakten echter geen aanstalten om tot een landing over te gaan want de koers bleef zuidelijk. Ondanks de schijnbaar kalme zee zag het ernaar uit dat de zich aan boord bevindende bemanning het niet gemakkelijk had want er werd vrijwel geen regelmatige haal gemaakt, boot en bemanning werd af en toe door golven aan het oog onttrokken. Ter hoogte van Zandvoort werd de koers plotseling 90 graden gewijzigd en roeide men recht op de kust af. Spattend en schuimend stoof de Vier de branding in om met een plotselinge wending evenwijdig op een zandbank te stranden. Daar werd dan eindelijk na zes uur varen de bemanning begroet door een tweetal heren die in het geheel niet verwacht waren. Boot en bemanning bleken gelukkig geheel ongedeerd te zijn hetgeen het treffen aanmerkelijk veraangenaamde. Speciaal de hele boot droeg hier veel toe bij want een van de leden van het zo onverwachte ontvangstcomité was niemand minder dan de commissaris materiaal die aanvankelijk wel zeer donker keek. Bij een roeisport minnende strandpachter kon de boot voor enige uren worderi ondergebracht en de bemanning van hartversterkende middelen worden voorzien. 's Avonds laat werd de boot per vracht. auto op de Loods afgeleverd en was er een einde gekomen aan een voor de heren Doncker, De Jongh, Van Es, Gmelich Meyling en Nikkels schitterende en spectaculaire roei tocht.
Instagram